De samenleving digitaliseert steeds verder. Als de wet- en regelgeving niet mee ontwikkelt dan bestaat het risico dat er een kloof tussen de juridische en werkelijke wereld ontstaat. Digitalisering is dan ook terecht een belangrijk onderdeel van de stelselherziening van het omgevingsrecht.

De digitalisering omvat in het bijzonder twee aspecten, namelijk (1) informatie-uitwisseling tussen burgers, bedrijven en overheden, waaronder het digitaal aanvragen van een omgevingsvergunning, en (2) digitale beschikbaarheid van informatie over de kwaliteit van de fysieke leefomgeving en digitale beschikbaarheid van de regels die gelden. Hierna zullen deze twee aspecten verder worden toegelicht, maar eerst zullen het digitaliseringsproces en de functies van het digitale stelsel worden beschreven.

Naar een Laan van de Leefomgeving: een gefaseerd proces tussen 2018 en 2024

Het realiseren van een goede digitale infrastructuur is een omvangrijk proces en zal daarom stapsgewijs plaatsvinden. Hiervoor is het Uitvoeringsprogramma Gegevensvoorziening Omgevingswet voor Activiteiten in de Leefomgeving (GOAL) gestart in opdracht van het Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen gezamenlijk. In augustus 2014 is bekend geworden dat het ministerie van I&M een ‘ICT Haalbaarheidstoets’ wil houden. Hierbij zal aan ICT-bedrijven gevraagd worden in hoeverre de geplande Laan van de Leefomgeving, waarop hierna zal worden ingegaan, haalbaar is. Volgens planning moet het stelsel tussen 2018 en 2024 in stappen worden neergezet.

In de memorie van toelichting bij de Omgevingswet worden de contouren van het stelsel beschreven. Op het moment van inwerkingtreding van de Omgevingswet zal het in ieder geval mogelijk moeten zijn om gebruik te kunnen maken van hetzelfde niveau aan digitale voorzieningen als nu het geval is. Dit betekent dat de omgevingsvergunning moet kunnen worden aangevraagd via het Omgevingsloket online (OLO) en omgevingsplannen en -visies via Ruimtelijkeplannen.nl te vinden moeten zijn. Op de juridische borging hiervan in de Omgevingswet zal hierna worden ingegaan.

Het doel is echter om verder te gaan en een ‘Laan van de Leefomgeving’ op te zetten. Deze Laan van de Leefomgeving zou een centrale gegevensinfrastructuur moeten worden, waarvoor heldere afspraken en digitale standaarden gelden. Op deze infrastructuur zijn naast de benodigde ICT-voorzieningen, zoals het OLO, ook ‘informatiehuizen’ aangesloten. Deze informatiehuizen verzamelen vanuit verschillende domeinen (zoals water, lucht, bodem en natuur) gegevens over de fysieke leefomgeving, bijvoorbeeld door onderzoek en monitoring. De Laan van de Leefomgeving moet gebruikt kunnen worden door zowel de initiatiefnemer, belanghebbenden als het bevoegd gezag.

Klik hier om afbeelding te bekijken

De informatiehuizen aan de Laan van de Leefomgeving (Bron: Ministerie van Infrastructuur en Milieu)

Ter illustratie heeft het ministerie van I&M een videoanimatie gemaakt. U kunt hier bekijken hoe ondernemer Bert en ambtenaar Hans gebruik maken van de Laan van de Leefomgeving.

Vijf functies van een digitaal stelsel

In de memorie van toelichting worden vijf functies van het digitale stelsel omschreven:

1. Oriënteren en informeren

Een initiatiefnemer moet kunnen nagaan of zijn voorgenomen activiteit mogelijk is, of de activiteit vergunning- of meldingplichtig is en welke algemene regels gelden.

Een initiatiefnemer wil daarnaast de voortgang van de behandeling van zijn aanvraag kunnen volgen. Ook belanghebbenden willen op de hoogte blijven en betrokken worden. Een geautomatiseerde attenderingsfunctie hoort hier bij.

2. Indienen

Initiatiefnemers en belanghebbenden moeten informatie kunnen verstrekken aan het bevoegd gezag. Hierbij kan worden gedacht aan vergunningaanvragen en het doen van een melding, maar ook aan het indienen van zienswijzen, bezwaar en beroep. Aandachtspunt hierbij is dat waar mogelijk binnen de overheid beschikbare informatie moet kunnen worden hergebruikt en dat initiatiefnemers niet telkens opnieuw dezelfde informatie moeten aanleveren bij de overheid.

3. Besluiten

De digitalisering moet het bevoegd gezag ondersteunen bij het nemen van besluiten. Hierbij kan worden gedacht aan het kunnen beschikken over door anderen uitgevoerde onderzoeken zodat hetzelfde onderzoek niet opnieuw hoeft te worden gedaan. Ook het eenvoudig kunnen vinden door de behandelend ambtenaar van regels, beleid, al in het verleden genomen besluiten (al verleende of geweigerde vergunningen) en nog lopende aanvragen en meldingen valt hier onder.

4. Gegevens inwinnen en beheren

Deze functie betreft het verzamelen, valideren en verwerken van gegevens over de fysieke leefomgeving. Hier is een taak weggelegd voor de eerdergenoemde informatiehuizen.

5. Gegevens ontsluiten

De (door de informatiehuizen) verzamelde gegevens worden ter beschikking gesteld aan de gebruikers via de Laan van de Leefomgeving. Om toegang te krijgen tot deze Laan worden afspraken gemaakt over de beschikbaarheid, bruikbaarheid en bestendigheid van de gegevens. Het streven is bovendien om naast wet- en regelgeving ook ‘beslisbomen’ te maken en ontsluiten. Deze beslisbomen zouden op een gebruikersvriendelijke manier inzicht moeten geven in wet- en regelgeving aan gebruikers.

Schematisch

Schematisch wordt het digitale stelsel als volgt weergegeven:

Klik hier om afbeelding te bekijken

De regeling in de Omgevingswet

In de inleiding kwam al naar voren dat digitalisering in het bijzonder twee aspecten omvat, namelijk informatie-uitwisseling en de digitale beschikbaarheid van informatie. Deze aspecten zijn terug te vinden in hoofdstuk 16 en hoofdstuk 20 van de Omgevingswet.

Informatie-uitwisseling: uitbreiding van het OLO

Artikel 16.1 Omgevingswet bepaalt dat een aanvraag of een melding elektronisch kan, of zelfs moet, worden ingediend als dit bij algemene maatregel van bestuur is bepaald. Artikel 16.4 Omgevingswet bepaalt daarnaast dat er een landelijke voorziening is voor het indienen van een aanvraag en het doen van een melding. Dit is wat nu het Omgevingsloket Online (OLO) is. Beide bepalingen zullen worden uitgewerkt bij algemene maatregel van bestuur en ministeriële regeling.

Digitale beschikbaarheid van informatie: uitbreiding van Ruimtelijkeplannen.nl

Bestuursorganen zullen bepaalde ‘omgevingsdocumenten’ digitaal beschikbaar moeten stellen. Omgevingsdocumenten zijn in ieder geval omgevingsvisies, programma’s, omgevingsplannen, waterschapsverordeningen, omgevingsverordeningen en projectbesluiten, inclusief de daarbij behorende toelichting of onderbouwing (artikel 16.2 Omgevingswet). De fasering van de digitalisering wordt mogelijk gemaakt door bij algemene maatregel van bestuur nog andere besluiten en rechtsfiguren aan te kunnen merken als omgevingsdocument. Dit geeft de tijd om nader onderzoek te doen naar bijvoorbeeld de technische mogelijkheden en privacyaspecten. Bij algemene maatregel van bestuur zullen, aldus de memorie van toelichting, ook worden aangewezen: het voorbereidingsbesluit, de instructie, de uitwerking van provinciale instructieregels, rijksinstructieregels en de voorkeursbeslissing. De mededeling over omgevingsvergunningen voor afwijkactiviteiten zal misschien ook worden aangewezen. Het eindbeeld van de regering is dat alle besluiten en andere rechtsfiguren op grond van de Omgevingswet als omgevingsdocument zullen worden aangemerkt en dus digitaal beschikbaar worden gesteld.

Alle omgevingsdocumenten moeten de vorm van een elektronisch bestand hebben. Een ieder kan verzoeken een papieren afschrift te verkrijgen, maar voor het maken van dit afschrift mogen bestuursorganen wel kosten in rekening brengen.

Artikel 16.3 Omgevingswet bepaalt verder dat het bevoegd gezag een omgevingsdocument aan een ieder elektronisch beschikbaar moet stellen ‘via de landelijke voorziening, bedoeld in artikel 20.12′. Deze landelijke voorziening is nu (nog) Ruimtelijkeplannen.nl. Bij algemene maatregel van bestuur zullen regels worden gesteld over de kennisgeving en bekendmaking van een omgevingsdocument.

Verder blijkt uit de memorie van toelichting dat Ruimtelijkeplannen.nl niet alleen zal worden uitgebreid met extra documenten, maar ook dat er een historische functie zal worden opgenomen, zodat ook het omgevingsplan zoals dat op enig moment gold kan worden geraadpleegd.

De uitbreiding van Ruimtelijkeplannen.nl zal voor overheden tot gevolg hebben dat niet alleen nieuwe regelingen maar ook alle bestaande regelingen zullen moeten worden opgenomen. In de Invoeringswet Omgevingswet zal een termijn worden opgenomen waarbinnen aan de digitaliseringsverplichtingen moet zijn voldaan. Deze termijn is nog niet bekend.

Digitale beschikbaarheid van informatie: onderzoeksgegevens

Afdeling 20.2 Omgevingswet regelt ten slotte het gegevensbeheer en de toegang tot gegevens, waaronder omgevingsdocumenten. De Omgevingswet voorziet in een centraal artikel waarmee beschikbaarstelling kan worden voorgeschreven van alle gegevens uit monitoring door overheden, en andere gegevens over de fysieke leefomgeving. Ook kunnen vormvereisten worden gesteld, bijvoorbeeld het gebruik van bepaalde open standaarden voor documenten. Voor bepaalde informatie is opname in een register wenselijk. Ook hiervoor biedt de Omgevingswet de wettelijke grondslag.

Afronding

Het is goed dat digitalisering een aandachtspunt is bij de totstandkoming van de Omgevingswet. De technische ontwikkelingen gaan snel. Een aandachtspunt voor de regeling in de Omgevingswet is dan ook dat deze flexibel genoeg moet zijn om deze ontwikkelingen mee te kunnen nemen.